Docent: Inge Hobers
Kerndoelen: Kunstzinnige orientatie 54, 55 en 56
Voorbereidende opdracht: Staat in de mail hieronder
BELANGRIJK
*de leerkracht van de groep is aanwezig en wordt van harte uitgenodigd om mee te doen.
*verzamelt de leerkracht karton van dozen
*ligt er voor iedere leerling een schaar klaar
*liggen er kranten of plastic op de tafels i.v.m. het werken met merkstift
WE LEREN
*Een onderzoekende houding aan te nemen
*Creatief denken en experimenteren
*Dat toeval een mooi uitgangspunt voor een werkstuk kan zijn
*Vormen zoeken en combineren
*Keuzes maken
*Vergroten en verkleinen van de vorm
*Recyclen
*Dat we delen kunnen laten bewegen d.m.v. splitpennen
*Dat we ons werkstuk op nog veel meer manieren kunnen verwerken.
Oriƫnteren en onderzoeken: We starten gezamenlijk met het bekijken van een restje karton; wat zou dit kunnen worden? En als ik hem draai, wat dan? Daarna gaan de leerlingen zelf knippen, schuiven en combineren. Moet er nog iets bij? Kan er iets af? Kortom; hoe wordt jouw figuur nog interessanter?
Maken: zet jouw vreemde snuiter in elkaar m.b.v. splitpennen. Ga nu bedenken hoe je hiermee verder gaat. Ga je hem kleuren? Omtrekken en een verwerken in een tekening? Bedenk je een verhaal of maak je een toneelstukje samen met klasgenoten? Wat bedenk jij? Procesgericht werken ten top!
Evalueren: Na het opruimen, bekijken we elkaars werk en vertellen we elkaar hoe het proces is verlopen. Wat is er ontdekt? Wat kunnen we nog meer verzinnen?